Groeiend besef onder boeren van voordelen natuurinclusieve landbouw
Het platform Natuurinclusieve Landbouw Gelderland draait nu vier jaar. En het werpt zijn vruchten af. ‘We zijn blij met de verlenging dat we van provincie Gelderland nog twee jaar door mogen met onze projecten’, zegt Welmoed Rijpkema, programmamedewerker bij het Platform.
2 juni 2024
Welmoed onderhoudt contacten met de partners en is inhoudelijk betrokken bij de projecten, hun doelen, resultaten en impact. De uitvoering ligt bij de partners. VALA is een van de partners. Welmoed heeft de dagelijkse leiding binnen het platform en is het eerste aanspreekpunt voor praktische zaken. Het platform kan ondersteuning bieden met werven en bevordert contacten tussen de partners. Welmoed: ‘Dat doe ik samen met Gert-Jan te Gronde, hij is programmacoördinator en werkt vooral op strategisch niveau. Daarnaast zorgt Monique Nieuwenhuis voor de communicatie van ons platform. Natuur en Milieu Gelderland is penvoerder. We startten met het platform in coronatijd. Veel projecten zijn daardoor langzaam opgestart en met veel restricties wat betreft activiteiten. Daardoor zijn enkele projecten nog niet klaar of zijn uitgelopen. Mooi dat we nog verder kunnen, want het werk is nog niet af.’
Zaadje gepland
‘De boeren zijn enthousiast met natuurinclusieve landbouw aan de gang. Bij velen is een zaadje gepland. We willen nog meer mensen bereiken, vooral de groep in het midden. Het peloton moet nu mee. Kennis verspreiden en delen is de functie van het platform. Boeren leren graag van elkaar. Liefst op een bedrijf waar een boer vertelt over zijn eigen ervaringen. We vertellen een eerlijk verhaal, met goede, maar ook minder goede ervaringen. Het verdienvermogen is er met betrekking tot natuurinclusieve landbouw nog niet altijd. Wel zijn er allerlei regelingen en subsidies. Boeren willen graag antwoorden op vragen als wie betaalt de aanleg, krijg ik minder gras langs een houtwal of meer onkruid door een bloeiende akkerrand en wat betekent het voor mijn mestplaatsingsruimte. Daar moet je eerlijk in zijn. Boeren willen op langere termijn zekerheid. Dat is begrijpelijk. Het helpt als boeren intrinsiek gemotiveerd zijn. Dat zie je ook bij het project bij de VALA: een groot deel van de mensen dat een natuurbedrijfsplan liet maken, gaat actief aan de slag met kleine stappen en probeert een ANLb-pakket die bij het bedrijf past. Veel boeren hebben na verloop van tijd meerdere ANLb-pakketten.’ Zie artikel over terugblik Natuurbedrijfsplannen.
Praktijkgericht
‘Hetzelfde enthousiasme komen we tegen bij het project Kennis in en door de praktijk. Vier jaar lang is er op zeventien bedrijven kennis en ervaring opgedaan, in samenwerking met het onderzoek, naar maatregelen die invulling geven aan natuurinclusieve landbouw. Op 11 juni is hier de slotbijeenkomst van op Agro-innovatiecentrum De Marke en worden de resultaten gepresenteerd. Arjan van Buuren is trekker van dit project met 35 boeren. Het gaat om koploperboeren die veel met bodemgezondheid in de weer zijn en proef- en demonstratieveldjes opzetten. Het gaat bijvoorbeeld om minder kunstmest, het strooien van kalk of steenmeel of doorzaaien van kruidenrijk grasland. Ze meten en monitoren zelf op het eigen bedrijf, maken bodemprofielen en mestanalyses. Deze boeren zijn zo mooi praktijkgericht bezig. Een verlenging van het project is in aanvraag, omdat je pas op de lange duur effecten kunt zien.’
Opbrengst van de landbouw
‘Ook het project Houtwal 2.0 voor de melkveehouderij, onlangs was er een afsluitende praktijkbijeenkomst bij Agro-innovatiecentrum De Marke, draagt bij aan meer biodiversiteit. Boeren zien dat ook steeds vaker als opbrengst van de landbouw. Er is een groeiend besef onder boeren dat dat belangrijk is. Boeren weten zo’n houtwal weer te waarderen en zien er de benefits van. Mooi om daar aan mee te werken’, besluit Welmoed.